VERKENNING..|. GEMEENTE..|. STUWWAL..|. BRONNEN..|. NATUURWAARDEN..

 

BRONNEN EN BEKEN    TERUG TERUG

Bronnen
Globaal gezien functioneert de stuwwal als een "inzijggebied". Hier kan regenwater langzaam wegzakken in de bodem waardoor de grondwatervoorraad wordt aangevuld.

Onderaan de stuwwal of op de plaatsen waar de genoemde kleilagen (zie "stuwwal") aan het oppervlak komen, treedt dit heldere bronwater spontaan uit de bodem en kabbelt via beekjes naar het lager gelegen poldergebied.
Juist door de soms wel en soms weer niet aanwezige kleilaagjes in de bodem is de plaats waar deze bronnen ontspringen steeds weer verrassend.
Deze brongebieden komen zowel hoger op de stuwwal (bijvoorbeeld de bron van de "Filosofenbeek" en de bron van "De Oorsprong") maar ook lager op de flank van de stuwwal voor (bijvoorbeeld de bronnen van "De Refter").

De lage delen juist onder de stuwwal zijn poldergebieden met veel oppervlaktewater.
De grondwaterstanden in de dorpen in de overgangszone variëren tussen een tot enkele meters onder maaiveld.


Overgang naar het Rivierengebied
Aan de voet van de stuwwal begint de overgang naar het Rivierengebied.
Het water van de bronnen en beken vindt zijn weg via een stelsel van aangelegde watergangen.
De waterstanden worden hier met stuwtjes op peil gehouden. Plaatselijk treedt kwel op van grondwater uit de stuwwal. Hierdoor komen er waterplanten en oevervegetaties voor met een hoge ecologische waarde.

Uiteindelijk wordt het water in het westen via het Hollandsch-Duitsch Gemaal nabij Nijmegen geloosd op de Waal.

Met name "Het Meer" een voormalige rivierstrang is daarbij het belangrijkste afvoerkanaal.